Deze investeringslijst hoort bij: Fysieke investeringen voor innovatie en modernisering Utrecht
1 Systemen en materieel voor het verwerken en toepassen van organisch restmateriaal; niet zijnde mest op bedrijfsniveau:
Investeringen in materieel voor het verwerken en toepassen van gewasresten, maaisel van slootkanten, bermen of natuurterreinen, slootbagger of compost hiervan, met als doel het verhogen van bodemkwaliteit.
Toelichting
Binnen de circulaire economie wordt nuttige toepassing van reststoffen binnen de bedrijfskringloop nagestreefd. Deze investeringen beogen een nuttige toepassing als bodemverbeteraar van organische producten die niet voor menselijke consumptie of diervoer geschikt zijn.
Subsidiabele onderdelen & activiteiten
– Het dient te gaan om investeringen die specifiek bedoeld zijn voor de verwerking van organisch restmateriaal. Een gewone grasmaaier die behalve voor het maaien van bermen ook gebruikt kan worden voor ander maaiwerk is niet subsidiabel. Materieel voor het composteren en verwerken van organisch restmaterieel en een baggerspuit voor het verspreiden van slootbagger over het perceel zijn wel subsidiabel. Het kan gaan om investeringen op bedrijfsniveau of op niveau van een groep boeren. Vergistingsinstallaties waarin mest of restmateriaal van buiten het bedrijf gebruikt wordt, zijn niet subsidiabel.
2 Systemen voor optimalisatie van het energiegebruik op het landbouwbedrijf door gebruik te maken van energieopslag.
Toelichting:
Met een investering in energieopslag kan de bestaande duurzaam opgewekte elektriciteit (zonnestroom) op het bedrijf optimaal worden ingezet voor het grootgebruik (elektrische boilers, de melkmachine, de melkkoeling, ventilatoren of een groot verlichtingssysteem). Ook door aanschaf van landbouwwerktuigen die ingezet kunnen worden voor de opslag van duurzaam opgewekte energie kan elektriciteit worden opgeslagen. De aanvrager moet aan kunnen tonen dat er op het bedrijf energie uit zon of wind wordt opgewekt.
Subsidiabele onderdelen & activiteiten
– Accusystemen;
– Elektrisch aangedreven landbouwwerktuigen zoals een elektrische shovel of transporter waarbij voor de opslag van energie een of meerdere accu’s worden toegepast;
– Software voor de aansturing van het opslagsysteem;
– Installatiewerkzaamheden.
3. Zonnewarmtesystemen
Toelichting
Zonnewarmtesystemen zorgen voor een besparing op het verwarmen van bijvoorbeeld spoelwater.
Subsidiabele onderdelen & activiteiten
– Zonnecollectoren;
– Bevestigingsmaterialen;
– Boiler;
– Pomp;
– Transportvloeistof;
– Controller;
– Installatiewerkzaamheden.
Niet subsidiabele onderdelen
– Vervanging van een bestaande boiler;|
– Cv-installatie;
– Warmtepomp;
– Radiatoren;
– Leidingen.
4 Koematras, waterbed
Toelichting
Koematrassen zorgen ervoor dat koeien gemakkelijk kunnen liggen en opstaan. Dit levert comfort voor de koe en minder stress en daardoor een betere gezondheid en minder (poot)blessures.
Subsidiabele onderdelen en activiteiten:
– Matrassen voor koeien om op te rusten.
– Waterbedden voor koeien om op te rusten.
– Montagekosten voor matrassen of waterbedden voor koeien.
Niet subsidiabel:
– Een stal met diepstrooiselinrichting of zandbedden;
– Alle andere varianten op rustmogelijkheden voor dieren;
– De stal of plek waar de matrassen of waterbedden in komen te staan.
5 Varkensvriendelijke vloeren
Toelichting
Varkensvriendelijke vloeren zorgen ervoor dat varkens gemakkelijker kunnen rusten en bewegen en daardoor een betere gezondheid hebben met minder (poot)blessures.
Varkensvriendelijke vloeren definities:
Dichte vloer volgens Besluit Houders van dieren, omschrijving dichte vloer, artikel 2.18.6:
Een vloer of een gedeelte daarvan, die is voorzien van gierdoorlatende openingen, wordt als dicht beschouwd indien:
- het totaal aan gierdoorlatende openingen niet meer bedraagt dan 5% van de totale oppervlakte van het dichte deel van de vloer, en;
- de breedte van gierdoorlatende spleten ten hoogste 10 mm en de doorsnede van ronde gierdoorlatende openingen ten hoogste 20 mm bedraagt.
Harde dichte vloer is bijvoorbeeld beton/composietvloer of een metalen plaat.
Zachte dichte vloer is bijvoorbeeld geplastificeerd metaal of rubbercoating.
Subsidiabele onderdelen en activiteiten:
– Verblijfvloer / stalvloer voor guste en dragende zeugen: Een dichte vloer met een oppervlak van minimaal 1,50 m2 per guste of dragende zeug;
– Vloer voor ligplaats voor kraamzeugen: Een dichte vloer van minimaal 1,40 meter lengte en 0, 60 meter breedte per zeug (de dichte vloer mag ingestrooid worden, maar dat is niet verplicht);
– Verblijfvloer / stalvloer voor gespeende biggen: Een dichte vloer met een oppervlakte van minimaal 0,20 m2 per gespeende big;
– Verblijfvloer / stalvloer voor vleesvarkens: Een dichte vloer met een oppervlakte van minimaal 0,40 m2 per vleesvarken;
– Vloeruitvoering mestplaats vleesvarkens roosters: Een vloer voor een mestplaats voor vleesvarkens bestaande uit betonroosters of composiet roosters.
Niet subsidiabele onderdelen zijn:
– Gietijzeren roosters, geprofileerde metaalroosters of kunststof roosters;
– Vloeruitvoering mestplaats vleesvarkens harde dichte vloer: Een vloer voor een mestplaats voor vleesvarkens van dichte beton/composietvloer met gierafvoer en dagelijkse mestverwijdering (de dichte vloer mag ingestrooid worden, maar dat is niet verplicht);
– Verblijfvloer/stalvloer voor dekberen of ligplaatsen voor dekberen: Een dichte vloer met een oppervlakte van minimaal 76% per dekbeer.
6 Systemen voor het verminderen van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen door gebruik van biodiversiteit
Natuurlijke plaagbestrijding (zoals de bestrijding van de perenbladvlo) door het lokken van roofinsecten, het behouden van deze nuttige roofinsecten d.m.v. het aanbieden van schuilplaatsen en het sparen van nuttige roofinsecten d.m.v. selectieve middelenkeuze.
Subsidiabele onderdelen & activiteiten
– Landbouwwerktuig zoals combinatie freesmachine + zaaimachine én een specifieke maaimachine, die de bloemenstrook kan laten staan en het gras naast de bloemenstrook wel maait;
– Schuilplaatsen voor roofinsecten;
– Installatiewerkzaamheden.
Niet subsidiabele onderdelen:
– De tractor waaraan wordt gekoppeld of zelfrijders. Enkel het systeem dat kan worden aangekoppeld is subsidiabel;
– Zaaigoed.
7 Investeringen ten behoeve van stimulering weidegang
Subsidiabele onderdelen & activiteiten
– Weideselectiepoorten;
– GPS voor koeien;
– Drink- en voervoorzieningen voor in de wei
– Weidemelkrobot.
Niet subsidiabele onderdelen:
– Waterleidingen;
– Afrasteringsmateriaal (zoals schrikdraad);
– Kavelpad.